Statuten Tennisvereniging Bergenshuizen Vught

NAAM

Artikel 1

De vereniging draagt de naam 'Tennisvereniging Bergenshuizen' en is opgericht op negen februari negentienhonderd negenenzeventig.

ZETEL

Artikel 2

De vereniging heeft haar zetel in de gemeente Vught.

DOEL

Artikel 3

De vereniging heeft als doel het doen beoefenen en bevorderen van de tennissport. Zij tracht dit doel te bereiken door:

  1. het geven van gelegenheid tot het beoefenen van het tennisspel;
  2. het vormen van een band tussen haar leden;
  3. het maken van propaganda voor het tennisspel;
  4. het vertegenwoordigen van haar leden tegenover de vereniging Koninklijke Nederlandse Lawn Tennis Bond (hierna ook te noemen K.N.L.T.B.);
  5. het nemen van maatregelen, die kunnen leiden tot het verhogen van het spelpeil van haar leden;
  6. het uitschrijven van‐ en deelnemen aan wedstrijden, speciaal de door de K.N.LT.B. georganiseerde competitie;
  7. het verbreiden van de regels van het tennisspel onder haar leden;
  8. alle wettig geoorloofde middelen die de vereniging verder ten dienste staan;
  9. al hetgeen hierover nader is omschreven in het na te noemen huishoudelijk reglement.
LEDEN

Artikel 4

1. De vereniging kent:
a. seniorleden;
b. ereleden;
c. leden van verdiensten;
d. juniorleden;
e. ondersteunende leden.
2. Seniorleden kunnen zijn natuurlijke personen, die op de eerste januari van het verenigingsjaar de zeventienjarige leeftijd hebben bereikt, en die de tennissport actief beoefenen of hebben beoefend.
3. Ereleden zijn zij, die zich op bijzonder eervolle wijze ten opzichte van de vereniging
hebben onderscheiden, en leden van verdiensten zijn zij, die zich ten opzichte van de
vereniging bijzonder verdienstelijk hebben gemaakt. Ereleden worden – op voordracht
van het bestuur – benoemd bij het besluit van de algemene vergadering, genomen
met een meerderheid van tenminste twee/derde van de geldig uitgebrachte stemmen.
Leden van verdienste worden benoemd bij besluit van het bestuur.
Ereleden en leden van verdiensten hebben dezelfde rechten en verplichtingen als in
de wet en deze statuten aan seniorleden zijn toegekend en opgelegd, met inachtneming
van artikel 8, lid 3
4. Juniorleden kunnen zijn natuurlijke personen die op de 1e januari van het verenigingsjaar de zeventienjarige leeftijd nog niet hebben bereikt en die de tennissport actief beoefenen of hebben beoefend.
5. Ondersteunende leden zijn zij, die in de vereniging geen speelrecht hebben, doch die zich bereid hebben verklaard de vereniging geldelijk of anderszins te steunen.
6. Juniorleden en ondersteunende leden zijn geen leden in de zin der wet, doch zij hebben, behoudens dat zij geen stemrecht hebben, niet tot bestuurslid kunnen worden benoemd, noch de bevoegdheid hebben als bedoeld in artikel 12, lid 4, overigens dezelfde rechten en verplichtingen als in de wet en deze statuten aan seniorleden zijn toegekend en opgelegd. Bij een stemming in een algemene vergadering hebben zij een adviserende stem.

AANMELDING EN TOELATING

Artikel 5

1. Aanmelding als lid van de vereniging geschiedt door het indienen bij de secretaris
van het bestuur van een ingevuld en ondertekend aanmeldingsformulier, zoals nader
bepaald in het huishoudelijk reglement. Betreft het een aanmelding van een minderjarige dan moet dit formulier mede zijn ondertekend door de persoon, die de macht uitoefent over deze minderjarige.
2. Het bestuur beslist omtrent de toelating van seniorleden, juniorleden en ondersteunende leden.
3. Bij niet‐toelating door het bestuur tot seniorlid of juniorlid kan de algemene vergadering alsnog tot toelating besluiten, echter slechts met een meerderheid van tenminste twee/derde van de geldig uitgebrachte stemmen.
4. Zij die op de zwarte lijst van de K.N.L.T.B. voorkomen kunnen geen lid van de vereniging zijn. Zij die door het bestuur van de K.N.L.T.B. zijn geschorst, worden geacht voor dezelfde periode door de vereniging te zijn geschorst.

EINDE VAN HET LIDMAATSCHAP

Artikel 6

1. Het lidmaatschap van de vereniging eindigt:
a. door het overlijden van het lid;
b. door schriftelijke opzegging door het lid aan de secretaris van het bestuur;
c. door opzegging namens de vereniging; deze opzegging kan worden gedaan,
wanneer een lid niet meer voldoet aan de vereisten die door de statuten voor
het lidmaatschap zijn gesteld, wanneer hij zijn verplichtingen jegens de vereniging
niet nakomt, wanneer hij het lidmaatschap van de K.N.L.T.B. verliest,
alsook wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet kan worden gevergd het
lidmaatschap te laten voortduren;
d. door ontzetting; deze kan alleen worden uitgesproken bij besluit van de algemene
vergadering, genomen met een meerderheid van tenminste
twee/derde van de geldig uitgebrachte stemmen, wanneer een lid in strijd
met deze statuten, het huishoudelijk reglement en/of de besluiten van de
vereniging handelt of de vereniging op onredelijke wijze benadeelt.
2. Opzegging van het lidmaatschap door een lid kan slechts geschieden tegen het einde
van het verenigingsjaar en met inachtneming van een opzegtermijn van vier weken.
3. Een opzegging in strijd met het bepaalde in lid 2 van dit artikel doet het lidmaatschap
eindigen op het vroegst toegelaten tijdstip, volgende op de datum waartegen was
opgezegd.
4. Een lid is niet bevoegd door opzegging van zijn lidmaatschap een besluit, waarbij de
verplichtingen van de leden van geldelijke aard zijn verzwaard, te zijnen opzichte uit
te sluiten.
5. Opzegging namens de vereniging geschiedt door het bestuur.
6. Van een besluit tot opzegging van het lidmaatschap door de vereniging op grond dat
redelijkerwijs van de vereniging niet kan worden gevergd het lidmaatschap te laten
voortduren, staat de betrokkene binnen een maand na de ontvangst van de kennisgeving
van het besluit beroep open op de algemene vergadering. Hij wordt daartoe
zo spoedig mogelijk schriftelijk van het besluit met opgave van redenen in kennis gesteld.
Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst.
7. In de gevallen genoemd in lid 1, onder a, c, en d van dit artikel, eindigt het lidmaatschap onmiddellijk.
8. Wanneer het lidmaatschap in de loop van een verenigingsjaar eindigt, blijft de contributie over het gehele verenigingsjaar verschuldigd.

SCHORSING

Artikel 7

1. Leden, die handelen in strijd met deze statuten en/of het huishoudelijk reglement
van de vereniging of die zich niet gedragen naar de besluiten van de algemene vergadering of naar besluiten die het bestuur van de vereniging krachtens deze statuten
of als gevolg van opdracht van de algemene vergadering heeft genomen, kunnen
door het bestuur worden geschorst. Bij een schorsing voor een langere periode dan
voor vier weken dient het bestuur aan de algemene vergadering een voorstel te
doen tot ontzetting uit het lidmaatschap.
2. Geschorste leden zijn verstoken van alle rechten, welke uit het lidmaatschap voortvloeien, doch behouden het recht in de algemene vergadering, waar hun schorsing
en/of voorgestelde ontzetting wordt behandeld, aan de beraadslagingen ter zake
deel te nemen.
3. Schorsing door de K.N.L.T.B. brengt schorsing als lid van de vereniging met zich mee.

CONTRIBUTIE

Artikel 8

1. De senior‐ en juniorleden moeten een jaarlijkse contributie betalen, die bij besluit
van de algemene vergadering wordt vastgesteld; de contributie wordt voor senior- en
juniorleden afzonderlijk bepaald.
2. De algemene vergadering kan bepalen dat nieuw toegetreden leden ‐
ondersteunende leden, ereleden en leden van verdiensten daaronder niet begrepeneen
entreegeld moeten betalen.
3. Ereleden zijn vrijgesteld van de verplichting tot betaling van contributie, terwijl het
bestuur voorts bevoegd is in bijzondere gevallen gehele of gedeeltelijke ontheffing
van de verplichting tot het betalen van contributie en/of entreegeld te verlenen.
4. Naast de in lid 1 van dit artikel genoemde contributie betalen senior‐ en juniorleden
en betalen ereleden en leden van verdiensten de K.N.L.T.B.‐contributie, welke door
de vereniging aan de K.N.L.T.B. wordt afgedragen.

BESTUUR

Artikel 9

1. Het bestuur bestaat uit een oneven aantal leden met een minimum van zeven,
waaronder een voorzitter een secretaris en een penningmeester, die alle drie meerderjarig moeten zijn.
2. Bestuursleden worden gekozen en benoemd door de algemene vergadering uit een
lijst van door het bestuur en/of leden gestelde kandidaten. Verkiesbaar tot bestuurslid
zijn alleen seniorleden, ereleden en leden van verdiensten. Niet verkiesbaar tot
bestuurslid zijn financiële belanghebbenden bij de tennissport, tenzij volgens de reglementen van de K.N.L.T.B. dispensatie is verleend.
3. De voorzitter wordt door de algemene vergadering in functie gekozen~ de overige
bestuursfuncties worden door de gekozenen in onderling overleg verdeeld.
4. De wijze van verkiezing, aftreden en/of vervanging van bestuursleden wordt nader in
het huishoudelijk reglement geregeld.
5. De algemene vergadering kan een bestuurslid te allen tijde ontslag verlenen. Het bestuurslidmaatschap eindigt ook wanneer het lidmaatschap van de vereniging eindigt,
en wanneer het bestuurslid zijn functie wenst neer te leggen.
6. Bij een vacature in het bestuur benoemt de eerstvolgende algemene vergadering
een opvolger.
7. Indien in het bestuur een of meer vacatures ontstaan, blijven de overblijvende bestuursleden een bevoegd college vormen, tenzij het aantal zitting hebbende bestuursleden minder bedraagt dan het aantal vacatures. In dat laatste geval zijn de
overgebleven bestuursleden verplicht binnen een termijn van een maand na het ontstaan van de laatste vacature een algemene vergadering bijeen te roepen, waarin
wordt voorzien in de ontstane vacatures.
8. Bestuursbesluiten worden genomen bij meerderheid van stemmen.
9. Van het verhandelde in elke vergadering worden notulen opgemaakt, die na goedkeuring door het bestuur worden vastgesteld en ten blijke daarvan worden ondertekend door de voorzitter en de secretaris.
10. Door de algemene vergadering kunnen aan het bestuur juniorleden en/of ondersteunende leden als adviseurs worden toegevoegd.

TAAK EN BEVOEGDHEDEN VAN HET BESTUUR

Artikel 10

1. Het bestuur is belast met het besturen van de vereniging. De vereniging wordt in en
buiten rechte vertegenwoordigd door de voorzitter samen met de secretaris, de
voorzitter samen met de penningmeester dan wel de secretaris samen met de penningmeester.
2. Het bestuur is onder meer bevoegd tot:
a. het huren, verhuren of op ander wijze in gebruik of genot verkrijgen en geven
van onroerende goederen;
b. het sluiten, wijzigen en beëindigen van arbeidsovereenkomsten.
3. Het bestuur is, mits met goedkeuring van de algemene vergadering bevoegd tot:
a. het sluiten van overeenkomsten tot het kopen, vervreemden of bezwaren
van registergoederen;
b. het sluiten van overeenkomsten, waarbij de vereniging zich als borg of hoofdelijk
medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot
zekerheidstelling voor een schuld van een derde verbindt;
c. het verrichten van rechtshandelingen waarvan de financiële betekenis of onbepaald
is of een in het huishoudelijk reglement te bepalen bedrag te boven
gaat, of waardoor de vereniging voor langer dan een jaar wordt gebonden;
d. het aangaan van overeenkomsten, waarbij aan de vereniging een (bank) krediet
wordt verleend;
e. het ter leen verstrekken van gelden, evenals het ter leen opnemen van gelden,
waaronder niet is begrepen het gebruikmaken van een aan de vereniging
verleend bankkrediet;
f. het aangaan van dadingen;
g. het optreden in rechte, waaronder begrepen het voeren van arbitrale procedures,
doch met uitzondering van het nemen van conservatoire maatregelen
en van het nemen van die rechts maatregelen, die geen uitstel kunnen lijden.
Op het ontbreken van deze goedkeuring van de algemene vergadering kan,
wat betreft onder a en b bedoelde rechtshandelingen, door het bestuur tegen
derden dan wel door derden tegen de vereniging wel een beroep worden gedaan,
terwijl op het ontbreken van deze goedkeuring van de algemene vergadering,
wat betreft de onder c tot en met g bedoelde rechtshandelingen,
geen beroep kan worden gedaan.
4. Het bestuur kan met inachtneming van de voorgaande leden binnen de grens van
zijn bevoegdheden een of meer van zijn leden schriftelijk machtigen voor het bestuur
of de vereniging op te treden.
5. Het bestuur kan uit de senior‐, junior‐, ereleden en en/of leden van verdiensten een
of meer commissies instellen, waarvan de leden worden benoemd door de algemene
vergadering; ondersteunende leden kunnen als adviseurs worden toegevoegd.
6. Over alles wat niet door de wet, deze statuten of het huishoudelijk reglement is geregeld, beslist het bestuur.

REKENING EN VERANTWOORDING

Artikel 11

1. Het verenigingsjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
2. Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de vereniging zodanige aantekeningen te houden, dat daaruit te allen tijde haar rechten en verplichtingen kunnen worden gekend.
3. Jaarlijks wordt in de maand januari een algemene vergadering ‐ de jaarvergadering ‐
gehouden. Daarin brengt het bestuur zijn jaarverslag uit en doet, onder overlegging
van een balans en een staat van baten, lasten, rekening en verantwoording over zijn
in het afgelopen verenigingsjaar gevoerde bestuur.
4. De algemene vergadering benoemt jaarlijks uit de leden een commissie van tenminste twee personen die geen deel uit mogen maken van het bestuur. Deze commissie onderzoekt de rekening en verantwoording van het bestuur en brengt aan de algemene vergadering verslag van haar bevindingen uit. Verkiezing, vervanging en/of aftreden van deze commissieleden wordt nader geregeld in het huishoudelijk reglement.
5. Vereist het onderzoek van de rekening en verantwoording bijzondere boekhoudkundige kennis, dan kan de commissie van onderzoek zich door een of meer deskundigen laten bijstaan. Het bestuur is verplicht aan de commissie alle door haar gewenste inlichtingen te verschaffen, haar desgewenst de kas en de waarden te vertonen en inzage van boeken en bescheiden van de vereniging te geven.
6. De last van de commissie kan te allen tijde door de algemene vergadering worden
herroepen, doch slechts door benoeming van een andere commissie.

ALGEMENE VERGADERINGEN

Artikel 12

1. Aan de algemene vergadering komen in de vereniging alle bevoegdheden toe, die
niet door de wet of deze statuten aan het bestuur zijn opgedragen.
2. In de jaarvergadering als bedoeld in artikel 11, lid 3, komen in elk geval aan de orde:
a. de notulen van de laatstgehouden algemene vergadering;
b. het jaarverslag, als bedoeld in artikel 11, lid 3;
c. het verslag door de commissie, als bedoeld in artikel 11, lid 4;
d. de rekening en verantwoording, als bedoeld in artikel 11, lid 3;
e. de benoeming van de in artikel 11 genoemde commissie voor het volgende
verenigingsjaar;
f. de vaststelling van de contributie en eventueel het entreegeld;
g. de begroting van het volgende verenigingsjaar;
h. de eventuele verkiezing van de voorzitter van het bestuur;
i. de eventuele verkiezing van de andere bestuursleden;
j. de benoeming van de leden van de commissies;
k. voorstellen, ingediend door tenminste vijf leden;
l. de rondvraag.
3. Andere algemene vergaderingen dan de vorenbedoelde jaarvergadering worden gehouden zo dikwijls het bestuur dit wenselijk acht of wanneer het daartoe volgens de
wet of deze statuten verplicht is.
4. Voorts is het bestuur op schriftelijk verzoek van tenminste een/tiende van het aantal
stemgerechtigde leden verplicht tot het bijeenroepen van een algemene vergadering
op een termijn van niet langer dan vier weken. Indien aan het verzoek binnen veertien
dagen geen gevolg wordt gegeven, kunnen de verzoekers zelf tot die bijeenroeping
overgaan door oproeping overeenkomstig artikel 13, of bij advertentie in tenminste
een ter plaatse waar de vereniging is gevestigd veel gelezen dagblad.

BIJEENROEPING ALGEMENE VERGADERING

Artikel 13

1. Een algemene vergadering wordt bijeengeroepen door het bestuur. De oproeping
geschiedt schriftelijk aan de adressen van alle leden met inachtneming van een termijn
van tenminste veertien dagen, zulks met inachtneming van de artikelen 17 en 18.
2. Bij de oproeping worden de te behandelen onderwerpen vermeld, onverminderd het
bepaalde in de artikelen 17 en 18.

TOEGANG EN STEMRECHT

Artikel 14

1. Toegang tot de algemene vergadering hebben alle leden van de vereniging. Geen
toegang hebben ‐met inachtneming van artikel 7, lid 2‐ geschorste leden.
2. Over toelating van andere dan de in lid 1 van dit artikel bedoelde personen beslist de
algemene vergadering.
3. Ieder senior‐ en erelid, evenals lid van verdiensten van de vereniging, dat niet is geschorst, heeft een stem.
4. Het uitbrengen van zijn stem bij volmacht is niet toegestaan.

VOORZITTERSCHAP ‐ NOTULEN

Artikel 15

1. Een algemene vergadering wordt geleid door de voorzitter van het bestuur of zijn
plaatsvervanger. Ontbreken de voorzitter en zijn plaatsvervanger, dan treedt een van
de andere bestuursleden, door het bestuur aan te wijzen, als voorzitter van de vergadering op. Wordt ook op deze wijze niet in het voorzitterschap voorzien, dan voorziet de vergadering zelf in haar leiding.
2. Van het verhandelde in elke vergadering worden door de secretaris of een ander
door de voorzitter daartoe aangewezen persoon notulen opgemaakt, die na goedkeuring
door de algemene vergadering in haar eerstvolgende vergadering worden
vastgesteld en ten blijke daarvan worden ondertekend door de voorzitter en de notulist.
Zij die de vergadering bijeenroepen als bedoeld in artikel 12, lid 4, kunnen een
notarieel proces ‐ verbaal van het verhandelde doen opmaken.

BESLUITVORMING

Artikel 16

1. Het ter algemene vergadering uitgesproken oordeel van de voorzitter dat door de
vergadering een besluit is genomen, is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud
van een genomen besluit voor zover werd gestemd over een niet schriftelijk vastgelegd
voorstel.
2. Wordt echter onmiddellijk na het uitspreken van het in lid 1 van dit artikel bedoeld
oordeel de juistheid ervan betwist, dan vindt een nieuwe stemming plaats, wanneer
de meerderheid der vergadering of, indien de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk
of schriftelijk geschiedde, een stemgerechtigde aanwezige dit verlangt. Door deze
nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.
3. Een algemene vergadering kan slechts dan geldige besluiten nemen indien tenminste
een/tiende van het aantal stemgerechtigde leden aanwezig is. Is dit vereiste aantal
stemgerechtigde leden niet aanwezig dan moet binnen veertien dagen daarna een
tweede algemene vergadering met dezelfde te behandelen onderwerpen worden
bijeengeroepen en gehouden, die dan geldige besluiten kan nemen, ongeacht het
aantal aanwezige stemgerechtigde leden.
4. Voor zover de wet of deze statuten niet anders bepalen, worden alle besluiten van
de algemene vergadering genomen met meerderheid van stemmen.
5. Blanco stemmen worden beschouwd niet te zijn uitgebracht.
6. Indien bij een verkiezing van personen niemand de meerderheid heeft verkregen,
heeft een tweede stemming plaats. Heeft ook dan niemand de meerderheid verkregen
dan vinden herstemmingen plaats totdat hetzij een persoon de meerderheid
heeft verkregen, hetzij tussen twee personen is gestemd en de stemmen staken. Bij
gemelde herstemmingen (waaronder niet is begrepen de tweede stemming) wordt
telkens gestemd tussen de personen, op wie bij de voorafgaande stemming is gestemd,
echter uitgezonderd de persoon, op wie bij de voorafgaande stemming het
geringste aantal stemmen is uitgebracht. Is bij die voorafgaande stemming het geringste aantal stemmen op meer dan een persoon uitgebracht, dan wordt door loting
uitgemaakt, op wie van die personen bij de nieuwe stemming geen stemmen meer
kunnen worden uitgebracht. Ingeval bij een stemming tussen twee personen de
stemmen staken, beslist het lot wie van beiden is gekozen.
7. Indien de stemmen staken over een voorstel niet rakende verkiezing van personen, is
het voorstel verworpen.
8. Stemmingen niet rakende verkiezing van personen, geschieden mondeling, tenzij de
voorzitter een schriftelijke stemming gewenst acht of een der stemgerechtigden dat
voor de stemming verlangt. Stemmingen over personen geschieden uitsluitend
schriftelijk. Schriftelijke stemming geschiedt bij ongetekende, gesloten briefjes. Besluitvorming bij acclamatie is mogelijk, tenzij een stemgerechtigde hoofdelijke of schriftelijke stemming verlangt.
9. Een eenstemmig besluit van alle leden, ook al zijn deze niet in een vergadering bijeen, heeft, mits met voorkennis van bet bestuur genomen, dezelfde kracht als een besluit van de algemene vergadering.
10. Zolang in een algemene vergadering alle leden aanwezig zijn, kunnen geldige besluiten worden genomen, mits met algemene stemmen, omtrent alle aan de orde komende onderwerpen die mede een voorstel tot wijziging van de statuten of tot ontbinding ‐ook al heeft geen oproeping plaats gehad of al is deze niet op de voorgeschreven wijze geschied of al is enig ander voorschrift omtrent het oproepen en houden van vergaderingen of een daarmee verband houdende formaliteit niet in
acht genomen.

WIJZIGING VAN DE STATUTEN

Artikel 17

1. De statuten van de vereniging kunnen worden gewijzigd door een besluit van de algemene vergadering, mits de oproeping tot deze vergadering tenminste vier weken tevoren heeft plaatsgevonden en in de oproeping het voorstel tot wijziging van de statuten woordelijk is vermeld.
2. Een besluit tot wijziging van de statuten moet worden genomen met een meerderheid
van tenminste twee/ derde van de geldig uitgebrachte stemmen, in een vergadering
waarin tenminste twee/derde van de leden aanwezig is. Is niet twee/derde
van de leden aanwezig, dan wordt binnen drie weken daarna een tweede vergadering
bijeengeroepen en gehouden, waarin over het voorstel zoals dat in de vorige
vergadering aan de orde is geweest, ongeacht het aantal aanwezige leden, kan worden
besloten, mits met een meerderheid van tenminste twee/derde van de uitgebrachte
stemmen.
3. Een wijziging van de statuten treedt niet in werking dan nadat:
a. het bestuur van de K.N.L.T.B., door het bestuur van de vereniging daarom
verzocht, schriftelijk te kennen heeft gegeven geen bezwaar te hebben tegen
het genomen besluit, en;
b. van deze wijziging van de statuten een notariële akte is opgemaakt.

ONTBINDING

Artikel 18

1. De vereniging kan worden ontbonden door een besluit van de algemene vergadering;
artikel 17, leden 1, 2 en 3 onder a, zijn van overeenkomstige toepassing.
2. De vereffening van het vermogen van de ontbonden vereniging geschiedt door het
bestuur, tenzij bij het besluit tot ontbinding een of meer anderen tot vereffenaar zijn
aangewezen.
3. Het batig saldo na vereffening vervalt aan degenen, die ten tijde van het besluit tot
ontbinding lid waren. Ieder van de leden ontvangt een gelijk deel. Bij het besluit tot
ontbinding kan echter ook een andere bestemming aan het batig saldo worden gegeven.

REGLEMENTEN

Artikel 19

1. De algemene vergadering stelt een huishoudelijk reglement vast; zij kan ook andere
reglementen vaststellen.
2. De in lid 1 van dit artikel bedoelde reglementen mogen niet in strijd zijn met de wet,
ook waar die geen dwingend recht bevat, noch met deze statuten.