Padel geschiedenis

De sport 'padel' is in 1962 ‘uitgevonden’ door de Mexicaan Enrique Corcuera. Hij bedacht de nieuwe sport door de regels, rackets en terreinafmetingen uit het tennis aan te passen. Aanvankelijk werd de sport alleen gespeeld door de Mexicaanse elite en vanaf 1969 ook in Argentinië, maar via het Spaanse koningshuis werd padel in 1970 ook in Spanje geïntroduceerd.

Vanaf de jaren 2000 begon padel ontzettend populair te worden in Zuid-Europa en Latijns-Amerika. Zo is in Spanje padel de populairste sport na voetbal. Ook in Nederland kreeg de sociale racketsport voet aan de grond. Mede dankzij Guus Hiddink, die in 2006 een padelbaan liet bouwen op het PSV-trainingscentrum. Hoewel de baan niet voldeed aan de officiële eisen, diende het wel een belangrijk doel: plezier maken.

Pas in 2011 is de Nederlandse Padelbond (NPB) opgericht en ook officieël erkend door de internationale padelfederatie (FIP). De eerste banen in Nederland werden gebouwd in Vijfhuizen en Spijkenisse. De eerste verenigingen met meerdere banen kwamen in Den Bosch en Enschede.

Sinds 2016 vertegenwoordigd de KNLTB in Nederland ook padel en per 1 juli 2020 zijn de NPB en de KNLTB gefuseerd. Alle officiële padelactiviteiten worden daarom vanaf die datum georganiseerd onder de vlag van de KNLTB.